Eller-Kapelle

De Eller kapel is eigendom van de familie Hammerl en werd in 1890 gebouwd door Andrä en Maria Hammerl als dank voor de goede voortgang van de bouw van hun boerderij met de overgebleven stenen, waarvan de meeste afkomstig waren van de voet van de Schober.

In 1954 werd de kapel volledig verwoest door een brand die werd veroorzaakt door een Lourdeslampje. Johann en Maria Hammerl en hun zonen herbouwden het. Het altaar werd gesneden door hun toen 24-jarige zoon Johann.
De gevolgen van het weer, vorstschade door het ontbreken van een fundering, vochtige muren, het desolate dak en de aanleg van een nieuwe weg waren de redenen voor de eigenaren Matthias en Margarete Hammerl om de kapel in 2002 te herbouwen. De kapel werd 15 meter naar het NW verplaatst om een veiligere uitgang naar de Edlweg te garanderen.
De bouw begon op 26 maart 2002 en vorderde snel dankzij de hulp van buren, vrienden en familieleden. Het dakgebinte met het bijbehorende gewelf werd met een kraan van de oude naar de nieuwe kapel gehesen. Voor de vloer werd Salzburg marmer gekozen. Het altaar met het beeld van Maria met het kindje Jezus en het andere meubilair werden liefdevol gerestaureerd door Johann Hammerl (overleden in mei 2012), net als de kruiswegstaties. Het altaar overleefde de brand in 1954 bijna onbeschadigd en dateert dus uit de eerste kapel. De kruisweg is een Fugel-kruisweg, zoals die ook te vinden is in de Loibichl-kerk en op het pad de Kolomansberg op.
Op 5 mei 2002 werd de nieuwe kapel plechtig ingewijd door pater Josef Edlinger. De beelden van St. Florian en St. Leonhard, zoals ze bekend waren van de eerste kapel, werden opnieuw aan de buitenkant geplaatst.
Elk jaar in mei wordt het altaar van de Ellerkapel versierd met een beukenkrans. In deze kapel worden nog steeds dagelijks mei-devoties gehouden, behalve op zaterdag. Buren en vrienden van de familie komen ook naar deze rozenkransgebeden