Heimkehrerwaldkapelle

Een oude legende van rond 1850 vertelt dat er verschillende verschijningen van de Maagd Maria waren op de plek waar nu de boskapel staat.

Deze gebeurtenis was voor boerin Bernroitner, een eigenaresse in Fraham, aanleiding om met behulp van giften een kleine kapel te laten bouwen. Rond 1880 werd de kapel vergroot omdat de toestroom van pelgrims erg groot was en de kapel te klein werd. Rond 1890 werd de Zürn Madonna (uit 1740), die nu in de parochiekerk staat, door boerin Bernroitner gekocht van de kerk in Mühlheim am Inn.

De kapel lag bijna in puin tot de Tweede Wereldoorlog. In 1944 ontmoetten Johann Prader en Josef Proß, twee mannen die met verlof waren van het front, elkaar in de kapel. Ze beloofden beiden de kapel te renoveren uit dankbaarheid als ze beiden in goede gezondheid uit de oorlog zouden thuiskomen. De twee keerden gezond en wel terug en kwamen hun belofte na. De kapel werd gerenoveerd en in 1948 schitterde het gebouw in nieuwe luister als de "Heimkehrerwaldkapelle".

In 1998 renoveerde de plaatselijke kameraadschapsorganisatie de kapel opnieuw en vandaag de dag staat het bekend als de "Heimkehrerwaldkapelle" en is het een populaire bestemming voor excursies en wandelingen. Sinds 2005 is het ook een etappebestemming op de Jakobsweg.